New York, 1991.
Kruimeldief Tommy en zijn vriendin Rosie zitten op zwart zaad. Terwijl Rosie probeert op het rechte pad te blijven, volgt Tommy de rechtszaak tegen maffiabaas John Gotti.
Tijdens de getuigenverklaring van huurmoordenaar Sammy Gravano hoort hij de aanklager adressen opnoemen van cafés waar maffiosi elkaar ontmoeten en waar geen vuurwapens naar binnen mogen.
Tommy krijgt een idee: waarom zo´n tent niet overvallen? De maffiosi zijn ongewapend en bellen toch niet de politie!
Nadat de overval succesvol is verlopen, besluit het roekeloze tweetal meer maffiaclubs te beroven.
Wat niemand weet, is dat Tommy een persoonlijke reden heeft om de maffia te vernederen. Ondertussen hangt Tommy en Rosie´s toekomst af van wie hen als eerste weet op te sporen: de FBI of de maffia.